Het is inderdaad nog niet gedaan..
…met de volgende woorden : « VERANDER JEZELF ».
« Indien ik zelf de oorzaak ben van mijn problemen, is dat het enige dat ik kan doen », dacht hij bij zichzelf. En hij begon zijn 3de strijd. Hij trachtte zijn karakter bij te stellen, zijn onvolmaaktheden te bestrijden, zijn gebreken uit de weg te ruimen, te veranderen al wat hem niet aanstond in zichzelf, al wat niet overeenstemde met zijn ideaal. »
Na vele jaren van deze strijd waarbij hij enkele successen kende, maar ook tegenslagen en weerstand, ontmoette de Prins de Wijze die hem vroeg : « Wat heb je onderweg geleerd ? »
De Prins antwoordde : « ik heb geleerd dat er dingen in ons zijn die we kunnen verbeteren en andere dingen die standhouden en die we niet kunnen breken. »
« Goed », zei de Wijze.
De Prins vervolgde : « Ja, maar ik begin al dat vechten tegen alles en iedereen, zelfs tegen mezelf, beu te worden. Zal het dan nooit stoppen ? Wanneer zal ik rust vinden ? Ik heb zin om de strijd te staken, om op te geven, om alles achter te laten, om los te laten. »
« Dat is nu juist je volgende leerproces, zei de Oude Wijze. Maar alvorens verder te gaan, draai je om en overschouw de afgelegde weg. » En hij verdween.
De Prins keek achterom en zag in de verte de 3de poort en ontdekte dat de achterkant van de poort volgend opschrift vertoonde « AANVAARD JEZELF ».
De Prins was verwonderd dat hij dat opschrift niet opgemerkt had wanneer hij de eerste keer door de poort gestapt was, in de andere richting.
« Wanneer we strijden, worden we blind », dacht hij bij zichzelf.
Op grond zag hij, verspreid rond hem, alles liggen dat hij verstoten en bestreden had in hem : zijn gebreken, zijn schaduwen, zijn angsten, zijn beperkingen, zijn oude demonen. Hij leerde deze te erkennen, te aanvaarden, te koesteren. Hij leerde van zichzelf te houden zonder zich te vergelijken, te beoordelen, af te keuren.
Hij ontmoette de Oude Wijze die hem vroeg : « Wat heb je onderweg geleerd ? »
De Prins antwoordde : « ik heb geleerd dat indien ik een deel van mezelf weiger of verafschuw, ik mezelf veroordeel om nooit in harmonie te zijn met mezelf. Ik heb geleerd mezelf te aanvaarden, volledig, onvoorwaardelijk. »
« Goed, zei de Oude Man, dit is de eerste Wijsheid. Nu mag je terug door de 3de poort. »
Van zodra hij door de poort gestapt was, zag de Prins in de verte de achterkant van de 2de poort en las er « AANVAARD DE ANDEREN ».
In een cirkel rond hem herkende hij de personen met wie hij omging in zijn leven ; zowel diegenen die hij lief had gehad als zij die hij verafschuwd had. Diegenen die hij gesteund had en zij die hij bestreden had. Maar tot zijn grote verbazing was het hem nu onmogelijk hun onvolmaaktheden, hun gebreken te zien of hetgeen hem vroeger geërgerd had en hij bestreden had. Hij ontmoette opnieuw de Oude Wijze.
« Wat heb je onderweg geleerd ? » vroeg deze.
De Prins antwoordde : « ik heb geleerd dat, wanneer ik in harmonie ben met mezelf, ik de anderen niets meer te verwijten heb, dat ik van hen niets meer te vrezen heb. Ik heb geleerd om de anderen te aanvaarden en ervan te houden, volledig en onvoorwaardelijk. »
« Goed, zei de Oude Wijze. Dit is de tweede Wijsheid. Nu mag je terug de tweede poort nemen. »
Toen de Prins aan de andere kant van de poort stond, las hij op de achterkant « AANVAARD DE WERELD ».
Merkwaardig, dacht hij, ik heb dit opschrift de eerste keer niet gezien. Hij keek om zich heen en herkende de wereld die hij zo graag had willen bedwingen, transformeren, veranderen. Hij stond versteld van de schittering en de schoonheid van alles ; hij was geraakt door de perfectie ervan. Het was nochtans dezelfde wereld als voordien. Was de wereld veranderd of zijn blik op de wereld ?
Hij ontmoette de Oude Wijze die hem vroeg :
« Wat heb je onderweg geleerd ? »
De Prins antwoordde : « ik heb geleerd dat de wereld de spiegel is van mijn ziel. Dat mijn ziel de wereld niet ziet, zij ziet zichzelf in de wereld. Wanneer ze opgewekt is, ziet de wereld er vrolijk uit. Wanneer ze terneergeslagen is, lijkt de wereld triestig. De wereld op zich is niet triestig, niet vrolijk. De wereld is er ; hij bestaat ; meer niet. Het was niet de wereld die mij in verwarring bracht, maar het idee dat ik van de wereld had. Ik heb geleerd de wereld te aanvaarden, zonder oordeel, volledig en onvoorwaardelijk. »
« Dit is de 3de Wijsheid, zei de Oude Man. Nu ben je in harmonie met jezelf, met de anderen en met de Wereld. »
Een diep gevoel van vrede, sereniteit, volheid daalde over de Prins neer. Hij was vervuld van de Stilte.
« Nu ben je klaar om de laatste drempel te nemen, zei de Oude Wijze ; deze van de overgang van de stilte van de volheid naar de Volheid van de Stilte ». En de Oude Man verdween.